Verordening (EEG) nr. 3350/84 van de Commissie van 29 november 1984 tot vaststelling van de restituties bij uitvoer voor mout
Karar Dilini Çevir:

30 . 11 . 84 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen Nr. L 312/25
VERORDENING (EEG) Nr. 3350/84 VAN DE COMMISSIE
van 29 november 1984
tot vaststelling van de restituties bij uitvoer voor mout
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE
GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese
Economische Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EEG) nr. 2727/75 van de Raad
van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappe­
lijke ordening der markten in de sector granen ('), laat­
stelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 101 8/84 (2),
en met name op artikel 16, lid 2, vierde alinea,
Gelet op het advies van het Monetair Comité,
Overwegende dat volgens artikel 16 van Verordening
(EEG) nr. 2727/75 het verschil tussen de noteringen
of de prijzen op de wereldmarkt voor de in artikel 1
van deze verordeningen genoemde produkten en de
prijzen van deze produkten in de Gemeenschap kan
worden overbrugd door een restitutie bij de uitvoer ;
Overwegende dat krachtens artikel 2 van Verordening
(EEG) nr. 2746/75 van de Raad van 29 oktober
1975 (3), houdende voor de sector granen algemene
regels voor de toekenning van restituties bij de uitvoer
en de criteria voor de vaststelling van het restitutiebe­
drag, de restituties moeten worden vastgesteld met
inachtneming van de bestaande situatie en de vooruit­
zichten voor de ontwikkeling, enerzijds van de
beschikbare hoeveelheden granen , evenals van hun
prijzen op de markt van de Gemeenschap, en ander­
zijds van de prijzen van granen en de produkten in de
sector granen op de wereldmarkt ; dat krachtens dit
artikel ook waarborgen moeten worden geschapen dat
op de graanmarkten een evenwichtige toestand heerst
en een natuurlijke ontwikkeling op het gebied van de
prijzen en de handel plaatsvindt en dat bovendien
rekening moet worden gehouden met het eco­
nomische aspect van de bedoelde uitvoer en de nood­
zaak storingen op de markt van de Gemeenschap te
vermijden ;
Overwegende dat Verordening (EEG) nr. 2744/75 van
de Raad van 29 oktober 1975 betreffende de regeling
voor de invoer en de uitvoer van op basis van granen
en rijst verwerkte produkten (4), laatstelijk gewijzigd bij
Verordening (EEG) nr. 1027/84 (^ de specifieke
criteria heeft vastgesteld waarmee rekening moet
worden gehouden voor de berekening van de restitutie
voor deze produkten ;
Overwegende dat de toepassing van deze regelen op de
huidige toestand van de markten in de sector
verwerkte produkten op basis van granen en rijst ertoe
leidt dat de restitutie wordt vastgesteld op een bedrag
dat bedoeld is het verschil tussen de prijzen in de
Gemeenschap en die op de wereldmarkt te dekken ;
Overwegende dat de situatie op de wereldmarkt of de
specifieke eisen van bepaalde markten voor zekere
produkten een differentiatie van de restitutie, naar
gelang van de bestemming, nodig kunnen maken ;
Overwegende dat, ten einde de normale werking van
het stelsel van restituties te verzekeren , het nodig is
voor de berekening van deze laatste :
— een uit de spilkoers voortvloeiende omrekenings­
koers waarop de in artikel 2 ter, lid 2, van Verorde­
ning (EEG) nr. 974/71 (6), laatstelijk gewijzigd bij
Verordening (EEG) nr. 855/84 f), bedoelde coëffi­
ciënt is toegepast, voor de munteenheden welke
onderling worden gehandhaafd binnen een
contante maximummarge op een bepaald moment
van 2,25 %,
— een omrekeningskoers voor de andere munteen­
heden gebaseerd op het rekenkundig gemiddelde
van de contante wisselkoersen voor elke van deze
munteenheden, geconstateerd gedurende een
bepaalde periode, ten opzichte van de munteen­
heden van de Gemeenschap bedoeld in het vorige
streepje, en bovengenoemde coëfficiënt,
aan te houden ;
Overwegende dat de restitutie eenmaal per maand
moet worden vastgesteld ; dat zij in de tussentijd kan
worden gewijzigd ;
Overwegende dat het Comité van beheer voor granen
geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn
voorzitter bepaalde termijn ,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING
VASTGESTELD :
Artikel 1
De restituties bij uitvoer van de in artikel 1 , sub d), van
Verordening (EEG) nr. 2727/75 bedoelde mout,
waarop Verordening (EEG) nr. 2744/75 van toepassing
is, worden vastgesteld in de bijlage.
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op 30 november
1984.(') PB nr. L 281 van 1 . 11 . 1975, blz . 1 .
(2) PB nr. L 107 van 19 . 4 . 1984, blz . 1 .
(3) PB nr. L 281 van 1 . 11 . 1975, blz . 78 .
(*) PB nr. L 281 van 1 . 11 . 1975, blz . 65 .
O PB nr . L 107 van 19 . 4 . 1984, blz . 15 .
(6) PB nr. L 106 van 12. 5 . 1971 , blz . 1 .
P) PB nr. L 90 van 1 . 4. 1984, blz . 1 .
Nr. L 312/26 Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen 30 . 11 . 84
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk
in elke Lid-Staat.
Gedaan te Brussel , 29 november 1984.
Voor de Commissie
Poul DALSAGER
Lid van de Commissie
BIJLAGE
bij de verordening van de Commissie van 29 november 1984 tot vaststelling van de
restituties bij uitvoer voor mout
(Ecu / ton)
Nummer van het gemeenschappelijk douanetarief Bedrag van de restitutie
11.07 A I b) 7,98
11.07 A II b) 60,63
11.07 B 70,66


Full & Egal Universal Law Academy